Beckwith-Wiedemann syndroom
Kinderen met Beckwith-Wiedemann syndroom groeien in de eerste jaren meestal sneller en hebben soms een grotere tong en/of grotere organen. De oorzaak is meestal een verandering op chromosoom 11. Iemand kan ook nog andere kenmerken hebben. Want de kenmerken kunnen van persoon tot persoon verschillend zijn. En niet iedereen heeft alle kenmerken. Ook de ernst van de klachten is bij iedereen verschillend.
Bij de geboorte wegen baby’s meestal meer dan andere baby’s. Jonge kinderen groeien sneller dan kinderen van dezelfde leeftijd. Maar na een paar jaren stopt het snelle groeien. Dan wordt het groeien normaal. Op volwassen leeftijd hebben mensen een normale lengte.
Baby’s worden vaak geboren met een grotere tong en grotere organen zoals de nieren, de lever of de alvleesklier. Als kinderen een grotere tong hebben, kan eten lastig zijn. Door de grote tong kunnen ze moeite hebben met ademen. En later kan praten kan lastiger zijn. Meestal is er niets mis met het verstand.
Na de geboorte kan een baby te weinig suiker in het bloed hebben. Sommige kinderen hebben een rode vlek (wijnvlek) op het voorhoofd en/of op de oogleden. Op de oren kunnen kleine deuken zitten. Soms hebben ze bij de geboorte een navelbreuk.
Bij sommige kinderen groeit de ene helft van het lichaam meer dan de andere helft van het lichaam. Hun armen en benen zijn dan niet altijd even lang of dik.
Op de kinderleeftijd is er meer kans om goedaardige en kwaadaardige gezwellen te krijgen. Die gezwellen zitten dan vooral in de nieren en de lever. In de nieren heet dit een Wilms tumor en in de lever heten ze hepatoblastomen.
Heb je een vraag? erfolijnerfocentrum.nl (subject: Vraag, body: Mail%20ons%20uw%20vraag%3B%20binnen%205%20werkdagen%20ontvangt%20u%20een%20antwoord.%20%0A%0AMijn%20vraag%20is%3A%20%0A) (Mail) ons.
-
Andere namen voor deze ziekte
Exomfalus macroglossie gigantisme
BWS
Beckwith-Wiedemann syndrome
EMG syndroom
Syndroom van Beckwith-Wiedemann -
Hoe wordt deze ziekte vastgesteld?
Een arts kan denken aan Beckwith-Wiedemann syndroom als een kind de kenmerken heeft die hierboven staan. Meestal kan DNA-onderzoek worden vastgesteld of het om Beckwith-Wiedemann syndroom gaat.
-
Is er behandeling voor deze ziekte?
Beckwith-Wiedemann syndroom gaat niet over.
Iemand met dit syndroom komt bij verschillende dokters en specialisten. Die proberen met een behandeling de klachten minder te maken. Als een kind geboren wordt met een grotere tong of navelbreuk, kan een chirurg daarvoor een operatie doen. Bij problemen met drinken, kunnen speciale spenen helpen. Een logopedist kan helpen bij het leren praten. Met medicijnen kan de hoeveelheid suiker in het bloed onder controle worden gehouden. Als er een verschil is in de lengte van de benen, helpt soms een inlegzooltje in de schoen van het kortere been. Soms wordt er een operatie gedaan.Een arts maakt regelmatig een echo van de buik om te kijken of er misschien gezwellen zijn. Als die op tijd gevonden worden, kan de behandeling zo snel mogelijk beginnen.
-
Hoe vaak komt het voor?
In Nederland worden per jaar ongeveer 15 kinderen met Beckwith-Wiedemann syndroom geboren. Over de hele wereld hebben ongeveer 2 op de 27.000 mensen dit syndroom.
-
Wat is de oorzaak van deze ziekte?
Er zijn verschillende fouten in het DNA die de oorzaak kunnen zijn van Beckwith-Wiedemann syndroom. Meestal gaat het om een verandering van chromosoom 11.
Bij een klein deel van de mensen is de oorzaak een afwijking in het CDKN1C-gen. Dit gen ligt op chromosoom 11 op de korte (p) arm op plek 15.4 (11p15.4).Door de verandering van chromosoom 11 of de afwijking in het CDKN1C-gen kunnen de klachten van Beckwith-Wiedemann syndroom ontstaan.
Bij ongeveer 1 op de 5 mensen met dit syndroom weten artsen nog niet wat de oorzaak is.
-
Is deze ziekte erfelijk?
Meestal is iemand met het Beckwith-Wiedemann syndroom de enige in de familie met dit syndroom.
De kans dat het erfelijk is, is vaak klein.
Maar in sommige families kan er wel een erfelijke aanleg zijn. Dan kan de kans op nog een kind met Beckwith-Wiedemann syndroom 1 op 2 (50%) zijn. Een erfelijkheidsarts (klinisch geneticus) kan hierover informatie op maat geven. -
Kinderwens
Heb je een kans op (nog) een kind met Beckwith-Wiedemann syndroom en wil je een kind? Dan heb je misschien verschillende keuzes. Je kunt erover praten met je dokter. Hij of zij kan je verwijzen naar een erfelijkheidsarts. Een erfelijkheidsarts kan je informatie op maat geven. Het gesprek over de verschillende keuzes kun je voorbereiden.
Wil je misschien embryoselectie (PGT) laten doen? Dan kun je dat met een gynaecoloog of klinisch geneticus bespreken. Deze arts kan je verwijzen naar PGT Nederland. De artsen van PGT Nederland kunnen je vertellen of PGT voor jullie mogelijk is.
-
Meer info voor patiënten
- Beckwith-Wiedemann syndroom Informatieblad geschreven door erfelijkheidsartsen
- LAPOSAKorte informatie over BWS, ook voor lotgenotencontact
- European Chromosome 11 networkOndersteuning en lotgenotencontact voor mensen die te maken hebben met chromosoom 11 aandoeningen
- Patiënteninformatie Craniofaciale AandoeningenPatiëntenversie van de Zorgstandaard. Uit 2017
- KinderneurologieInformatie geschreven door een kinderneuroloog
- Filmpje: caring for children with Beckwith-Wiedemann SyndromeEngels gesproken en ondertiteld. Informatie uit 2016 van The Children's Hospital of Philadelphia
- MedlinePlus GeneticsInformatie in het Engels
- Genetic and Rare Diseases Information Center (GARD)Informatie in het Engels met een overzicht van hoe vaak bepaalde kenmerken voorkomen
-
Meer info voor artsen
- Beckwith-Wiedemann syndroomInformatieblad geschreven door erfelijkheidsartsen
- Zorgstandaard Craniofaciale AandoeningenUit 2019
- GeneReviews
- Orphanet
- OMIM
- Beckwith-Wiedemann syndromeInformatie van het ERKNet (European Rare Kidney Disease Reference Network)
-
Expertisecentra
- Expertisecentra specifiek voor deze aandoening:
-
- Amsterdam UMC Expertisecentrum voor Schisis, Craniofaciale en Luchtwegaandoeningen
- Amsterdam UMC
- Meibergdreef 9
- 1105 AZ AMSTERDAM
- +31 (0)20 566 9111
- ecza@amsterdamumc.nl
- Orpha.net Expertlink
- De expertisecentra hieronder richten zich op de groep van aandoeningen waar de aandoening onder valt, of op kenmerken die bij de aandoening kunnen horen:
-
- ENCORE - Expertisecentrum Erfelijke Neuro-Cognitieve Ontwikkelingsstoornissen Rotterdam, Erasmus MC
- Afdeling Algemene Kindergeneeskunde
- Dr. Molewaterplein 40
- 3015 GD ROTTERDAM
- +31 (0)10 703 6146
- secretariaatalkg@erasmusmc.nl
- Orpha.net Expertlink
-
- LUMC Expertisecentrum voor Zeldzame Endocriene en Bot Stoornissen
- LUMC - Leids Universitair Medisch Centrum
- Albinusdreef 2
- 2333 ZA LEIDEN
- +31 (0)71 526 9111
- Orpha.net Expertlink
-
Updatedatum
20 maart 2025